We kregen een prachtig historisch document toegestuurd dat aangeeft hoeveel contributie leden betaalden in 1964. De contributie varieerde tussen de 45 en 30 gulden en daar bovenop moesten leden ook nog betalen voor ballen (2,5 gulden) en verzekering (2,5 gulden). Pinoké had nog geen eigen clubhuis. Men woonde ‘in’ in het clubhuis van zaterdagvoetbalclub de Twentsche Bank. Dat clubhuis staat er nog steeds.
Op de plek waar nu het inspeelveldje ligt en waar lang het Chalet stond, werden in 1964 twee houten ‘kippenhokken’ gebouwd die op zaterdag en door de week als jeugdkleedkamers dienden. Daarvoor werd al sinds 1953 gespaard. Alle leden betaalden een 10 gulden solidariteitsbijdrage voor de bouw van de jeugdkleedkamers. De senioren konden zich op zondag gelukkig onder betere omstandigheden omkleden in het clubhuishuis van de Twentsche bank.
De brief is ondertekend door de toenmalige penningmeester en nu erevoorzitter Marjan Icke. Leuk detail is dat de club nog gemeentegiro had met nummer 306. Wel wat anders dan die lange IBAN nummers van tegenwoordig. Je kunt concluderen dat we vanaf 1965 steeds 5% contributie meer zijn gaan betalen per jaar. Daar staan dan wel vier kunstgrasvelden, een prachtig clubhuis en een bloeiende club van bijna 8 keer zo veel leden als in 1964 tegenover.
Met dank aan Kempe Kruisbrink.